(13)

Het is het thuisland van de Hobbits en is gelegen in het noorden van Midden-aarde in Eriador.

Het land is gesticht in het jaar 1601 van de Derde Era, wanneer koning Argeleb II van Arthedain de Hobbits toestemming geeft ten westen van de Baranduin (Brandewijn) te wonen. De grenzen van de Gouw zijn de Brandewijn en de Emyn Beraid (Torenheuvels). De Gouw heeft veel dorpen zoals Hobbitstee, Toekburg en Bijwater. In het Balingslaantje vlakbij Balingshoek woont de ouwe Gabber, de vader van Sam Gewissies. In Balingshoek onder de heuvel woont eerst Bilbo Balings en later Frodo Balings, de dragers van de Ene Ring. De Gouw wordt op het einde van de Derde Era geteisterd door Zwarte ruiters, Nazgûl, die de drager van de Ring zoeken. Saruman zwerft nadat hij door Gandalf uit de orde van de Istari is gezet rond en komt in de Gouw terecht. Daar wordt hij leider van de Gouw, maar hij regeert als een tiran. In 1419 Gouwtelling, net na de vernietiging van de Ring, winnen de Hobbits in Bijwater een slag tegen de handlangers van Saruman onder leiding van Frodo, Sam, Merijn en en keert de vrede en vrijheid terug.

Door de tirannie van de vreemdelingen is de Gouw geplunderd, verwoest en verpest. Veel bomen zijn omgehakt en er zijn stenen gebouwen gebouwd in plaats van de typische Hobbitholen. Wanneer de vrede is weergekeerd wordt de Gouw met man en macht in zijn oorspronkelijke staat hersteld. Dankzij het geschenk van Galadriel aan Sam groeit en bloeit alles als nooit tevoren en 1420 Gouwtelling is het meest vruchtbare en voorspoedige jaar dat de Gouw ooit gekend heeft. Ook worden er in dit jaar uitzonderlijk veel kinderen geboren.

De Gouw ligt in het gebied van Arnor, hoewel de Hobbits altijd zichzelf bestuurd hebben en meestal met rust gelaten werden door de 'grote mensen'. Wanneer het koninkrijk hersteld is onder koning Aragorn stelt deze de regel in dat de Gouw niet betreden mag worden door grote mensen zonder toestemming van de Hobbits. Effectief is de Gouw dus ook in de Vierde Era een zelfstandig land.

 
De Blauwe Bergen, een bergenketen die vroeger de oostgrens was van Beleriand. Woonplaats van de Dwergen sinds het begin der tijden. Thorin's Hallen zijn hier te vinden. De Langbaarden heersen hier met Dwalin als hun koning. Vroeger was hier ook Belegost en Nogrod, 2 andere dwergensteden, voor ze vernietigd werden.
Breegland omvat 4 plaatsen: Boog, Kom, Staddel en Breeg. Breeg is het belangrijkste dorp van Breegland. Het ligt strategisch op het kruispunt van twee oude handelswegen. De mensen die er wonen noemt men Breeglanders. Het bijzondere van Breeg is dat er zowel gewone mensen als Hobbits vreedzaam samenleven. Breeg was voor de Hobbits het enige wat bekend was van de wereld buiten de Gouw. Er was regelmatig verkeer tussen de Breeglanders en de hobbits uit de Gouw.

Dit land ten zuiden van Eriador strekt zich uit tot in de Kloof van Rohan. De oorspronkelijke bewoners zijn de Donkerlanders. Ze werden eerst door de Númenorianen, vervolgens door de Gondorianen en uiteindelijk door de Rohirrim opgejaagd en gedood. De Donkerlanders hielpen Sauron of andere slechte geesten om de Rohirrim te doden. Hun inname van Isengard was de reden voor Gondor om Saruman te vragen daar te komen wonen. Toen Saruman tenslotte ook gecorrumpeerd raakte, sloten de Donkerlanders een bondgenootschap met hem tegen de Rohirrim.

Daadwerkelijk slecht waren de Donkerlanders dus niet, ze wilden alleen hun land terug en zagen de Numenorianen en Rohirrim als indringers. Na de Oorlog om de Ring sloten ze dan ook vrede met het Herenigd Koninkrijk.

Rivendel (Sindarijns: Imladris)

Rivendel wordt door de Elf Elrond gesticht in 1679 van de Tweede Era en ligt in een vallei ten westen van de Hithaeglir en ten oosten van de rivier Bruinen. Het wordt oorspronkelijk gebouwd als toevluchtsoord voor de vijanden van Sauron en bloeit op dankzij Elronds ring Vilya, die hij na Het Laatste Bondgenootschap vrijelijk kan gebruiken om zijn woonplaats voor verval te bewaren.

Noemenswaardige inwoners van Rivendel zijn, naast Elrond, Celebrían (tot III 2510), Elladan en Elrohir, Arwen en Glorfindel. De Hobbit Bilbo Balings neemt zijn intrek in Rivendel na zijn 111e verjaardag.

In De Hobbit verblijft Bilbo Balings korte tijd in Rivendel (dat in dit boek Het Laatste Huiselijke Huis wordt genoemd) als hij met de Dwergen op weg is naar de Eenzame Berg, en nogmaals als hij met Gandalf op de terugweg is naar de Gouw.

In het boek In de ban van de ring wordt de Hobbit Frodo, een achterneef van Bilbo, door Aragorn naar Rivendel gebracht in de hoop dat Elrond de Nazgûlwond die Frodo heeft opgelopen kan genezen. Nadat Frodo weer op krachten is gekomen ontmoet hij in Imladris Bilbo, die op zijn 111e verjaardag verdween en de Gouw had verlaten. De Raad van Elrond wordt ook in Rivendel gehouden, waarbij afgezanten van de Elfen, Dwergen en Mensen bediscussiëren wat er met de Ene Ring gedaan moet worden en uiteindelijk het Reisgenootschap van de Ring gevormd wordt.

In 3021 vertrekt Elrond over zee, maar Rivendel wordt in stand gehouden door Elladan, Elrohir en Celeborn. Het is niet bekend voor hoe lang Rivendel blijft bestaan. Na de vernietiging van de Ene Ring is ook de kracht van Vilya verdwenen, zodat ook Rivendel onderworpen wordt aan verval. Na de Oorlog om de Ring is het tijdperk van de Elfen in Midden-aarde definitief ten einde, maar in ieder geval heeft Rivendel minstens 5000 jaar bestaan.

 
Hooglanden waar vroeger vele veldslagen plaatsvonden tussen Numenor en Angmar.
Hetgene wat vroeger volledig Eriador was. Nu de eenzame landen genaamd. Weertop is hier te vinden. Eriador was eens zwaar bebost geweest, en een eekhoorn kon toen van het Oude Woud naar Fangorn springen van boom tot boom zonder de grond aan te hoeven raken. Deze wouden zijn grotendeels verdwenen. Een overblijfsel is het Oude Woud (in de Gouw).
Angmar was het rijk van de Tovenaar-koning in de Derde Era. Het rijk werd ten noordwesten van Arnor gesticht om de Dúnedain te verslaan. Vanuit Angmar viel de Tovenaar-koning de landen van Arnor en de Dúnedain binnen en veroverde de grootste delen. Uiteindelijk werd Angmar echter veroverd door de soldaten van Gondor en de overgebleven Dúnedain.
Het bos juist boven de Grote Oost-Westweg gelegen. Een woud waar vele trollen nog leven. Het bekende verhaal in De Hobbit waar Bilbo en de Dwergen werden gevangen genomen gebeurde hier.

Moria of Khazad-dûm

Het was de voornaamste plaats waar de Dwergen die Aulë schiep woonden. Daarnaast waren er nog twee plaatsen waar ze leefden: Nogrod en Belegost. Deze woonplaatsen hielden echter niet lang stand en werden vernield.

In de mijnen van Khazad-dûm werkten de Dwergen en groeven vele grotten en bewerkten vele materialen. Hun voornaamste vondst was het mithril of "moriazilver". De Elfen, die vroeger hun vrienden en bondgenoten waren, hadden de mooie Westelijke Poort van Moria gebouwd en er Ithil aan toegevoegd, zodat de Poort alleen zichtbaar was als er maan- of sterrenlicht op scheen. Het wachtwoord was 'Mellon' (= vriend). Deze Poort werd echter verwoest door de Waker van het Water die in de wateren voor deze Poort waakte. De Oostelijke Poort kwam uit in het Deemrildal. Dit dal leidde naar het Elfenwoud Lothlórien.

Een van de grootste rampen die Khazad-dûm kende was de Balrog van Morgoth. De Dwergen waren zo begerig naar het mithril, dat ze zo diep groeven dat ze de Balrog vrijmaakten. Dit wezen doodde vele Dwergen zodat ze het Dwergenkrocht uitvluchtten. Hierdoor kwamen vele Orks Khazad-dûm binnen en bouwden heel snel een kolonie op. Ze eerden de Balrog en mochten van hem hier wonen. De naam Khazad-dûm werd al snel veranderd in Moria, dat 'zwart gat' betekent.

Toen het Reisgenootschap van de Ring door Moria reisde, trokken ze de aandacht van de Balrog, die hen achtervolgde. Ze vluchtten naar de Brug van Khazad-dûm en hier hield Gandalf de Tovenaar hem tegen en liet de brug inzakken, zodat de Balrog de diepte in stortte. Hij sleurde echter Gandalf mee de diepte in door hem te grijpen met zijn zweep. Op de top van de Zirakzigil kon Gandalf hem eindelijk doden, maar hij bekocht het met zijn eigen leven. De brug werd nooit meer terug opgebouwd. Hoewel Moria bevrijd werd van de Balrog zouden de Dwergen nooit meer in de eens zo mooie Dwergenkrochten van Khazad-dûm wonen.

De gebeurtenissen die Tolkien beschrijft staan in duidelijke relatie tot de bijbelse betekenis van de berg Moria. Het is Gandalf die zichzelf offert in de strijd met de duisterse demon ten einde de wereld te redden. Hij valt daarbij in de diepste duisternis en levert een strijd op leven en dood met deze demon. Later komt Gandalf terug uit de dood als Gandalf de Witte, de Overwinnaar. Dit gedeelte is de duidelijkste heenwijzing naar de christelijke levensovertuiging van Tolkien.

Lindon betekent land van de zang of land van de muziek. Deze naam gaven de Noldor aan de regio Ossiriand in Belerland vanwege het zingen van de groene elven die daar leefden. Vernoemd naar de oude naam voor de Teleri: Lindar.

Lindon is het laatst overgebleven stuk land van Beleriand. Nadat in de Oorlog van Gramschap, waarin de Valar de macht van Morgoth braken, Midden-aarde door het geweld werd verscheurd ging het merendeel van de landen die eerst Beleriand opmaakten ten onder. Maar voor deze calamiteiten stond het beter bekend onder de naam Ossiriand.

Aan het begin van de Tweede Era heerste Gil-galad vredig in Lindon. De overgebleven Noldor verzamelden zich veelal in Forlindon en de Sindar in Harlindon. Daar bouwden zij Mithlond (de Grijze Havens), Harlond (zuidelijke haven) en Forlond (noordelijke haven). Lindon vormde samen met Eregion de enige rijken van de Noldor in midden-aarde tijdens de Tweede Era. De vrede in Midden-aarde werd ruw verstoord door Sauron, die eerst Eregion wist te vernietigen, vervolgens grote hand had in de val van Númenor en uiteindelijk zelf verslagen werd doordat Elfen en Mensen zich allieerden in het Laatste Bondgenootschap.

De oorlog was voor de meeste Noldor een stimulans om Midden-aarde te verlaten voor de onsterfelijke kusten van Valinor. Gil-galad was gevallen in de oorlog en Círdan de scheepsmaker nam het op zich om er zorg voor te dragen dat de Elfen richting Valinor konden zeilen. Lindon werd tijdens latere era's een plek waar de laatste Elfen van Midden-aarde nog even bleven hangen alvorens voor eeuwig deze landen achter zich te laten.

Ook Frodo, Bilbo, Elrond, Galadriel, Gandalf en uiteindelijk Sam zeilden vanuit Mithlond weg.

 
Een ander verlaten deel wat vroeger Eriador was. Fornost is hier te vinden alsook Reuzenheide.

De Mistbergen vormen een natuurlijke grens tussen Andor enerzijds en Arad Doman en Tarabon anderzijds. De bergketen ontleent haar naam aan een dikke laag mist die in de bergen hangt. Verhalen van lokale mensen zeggen dat het ongeluk brengt om de bergen in te trekken en dat mensen de dood in de Mistbergen vinden.
Toch zijn de Mistbergen van groot belang voor de economie van Andor. De bergen bevatten ijzer, koper, staal en goud en zijn voor de mijnwerkers daarom een interessante locatie om te werken. De meest gedolven ertsen worden in de ovens bij de mijnen gezuiverd en getransporteerd naar Baerlon. Moria ligt onder de voeten van deze bergketen. Caradhras, de nesten van de Adelaars en Zirzagil zijn hier ook te vinden.

De Gouw
Thorin's hallen
Prancing Pony
Rivendel
Amon sul
Angmar
Trollenheide
Moria
Mithlond
Mistbergen

Westen van de Mistbergen en Moria

De Gouw (1) Angmar (7)
Ered Luin (2) Trollenheide (8)
Breegland (3) Moria (9)
Donkerland (4) De Grijze Havens (10)
Rivendel (5) Noorderheuvels (11)
Ettenmoors (6) De Mistbergen (12)
Lone Lands (13)

terug